25 november 2020

De vele huwelijken rondom Neeltje Kloot uit Zuid-Beijerland

Neeltje Klaasse Kloot ging op 19-3-1739 in Zuid-Beijerland in ondertrouw met Engel Keurvorst (ook als Korvors en Corvers geschreven). Beiden woonden toen in Zuid-Beijerland. Daar lieten zij 4 kinderen dopen genaamd Lena, Geertruij, Jaapje en Jacob. Hun dochter Geertruij Keurvorst (1745-1813) trouwde in 1775 met Gijsbert Verhagen en kreeg kinderen genaamd Willemijntje (2x), Arij en Ingel.

Neeltje Kloot was eerder op 17-11-1730 in Zuid-Beijerland in ondertrouw gegaan met Dirk de Hek, weduwnaar van Catharina Gisp en eveneens wonend in Zuid-Beijerland. Dirck was afkomstig uit de Klundert. Tijdens zijn eerste huwelijk, dat in 1725 werd gesloten, liet Dirk de Hek een zoon Johannes dopen. Met Neeltje Kloot kreeg Dirk zonen Klaas, Jan (2x) en Arie.

Neeltje's zoon Klaas Dirksz. de Hek, die op 30-9-1731 in Zuid-Beijerland werd gedoopt, zou 2 maal trouwen en kinderen krijgen met de namen Neeltje, Dirk, Lijsbeth, Jan, Pieter, Maarten, Maaike en Maartje. Op 23-7-1758 in Zuid-Beijerland bij de doop van Neeltje, de oudste dochter van Claas Dirks de Hek en diens eerste vrouw, was Neeltje Klaasse Kloot doopgetuige.

Neeltje Claasse Kloot is zelf gedoopt op 25-8-1737 in Zuid-Beijerland als dochter van Claas Arents Kloot en diens eerste vrouw Geertje Pieters Baars, die waren getrouwd op 23-8-1705 in Zuid-Beijerland. Claas was op 28-11-1716 hertrouwd met Magdaleentje Ariens Kuijper en kreeg met haar kinderen genaamd Claas, Henderika en Niesje. Magdaleentje was getuige bij dopen van 2 kinderen van Neeltje Kloot en haar eerste man.
Na het overlijden van Neeltje's vader is Magdaleentje Kuijper op 11-5-1731 in Oud-Beijerland hertrouwd met Geerit Eewoutsz. Hoppel, jongeman van Oud-Beijerand. Geerit Hoppel is als weduwnaar op 14-9-1741 in Oud-Beijerland weer hertrouwd met Lijsbeth Teunisse Weeda.

17 november 2020

Het uitgestelde huwelijk van Klaartje Opmeer en Willem van der Poel

Klaartje Opmeer werd gedoopt op 29-5-1791 in Rijsoord. Haar ouders zijn Jan Leendertsz. Opmeer en Marrigje Bastiaans Groeneweg. Klaartje had nichten Klaartje Bastiaans Opmeer en Claartje Gerrits Opmeer. Zij waren allen vernoemd naar hun grootmoeder Claartje Gerrits van Vliet, vrouw van Leendert Aartsz. Opmeer.
Klaartje Opmeer is op 24-jarige leeftijd op 12-5-1815 in Barendrecht getrouwd met Pieter Stolk. Pieter is geboren op 24-11-1785 en gedoopt op 4 december in Barendrecht. Zijn ouders zijn Dirk Stolk en Lijntje Andriesse de Geus. Als oudste zoon is Pieter vernoemd naar zijn grootvader Pieter Jacobsz. Stolk.
Klaartje en Pieter kregen op 25-1-1816 in IJsselmonde een zoon Jan. Op 31-8-1818 in Charlois deed Pieter aangifte van de geboorte van een dochter Lijntje om 2 uur die morgen. Er werd een dochter Maria geboren op 11-12-1819 in Oost-Barendrecht. Tenslotte deed Pieter Stolk op 19-11-1821 aangifte van de geboorte van zijn zoon Dirk op de 17e in West-Barendrecht.

Nog geen twee jaar later, op 27-10-1823 in Charlois, deed dagloner Willem van der Poel aangifte van de geboorte van een dochter Maria - op 25-10-1823 's-morgens om vijf uur - van hem en Klaartje Opmeer (33) met welke hij eerlang staat te huwen. Op 11-2-1825 aldaar volgde een zoon Johannis en op 15-2-1826 opnieuw een dochter Maria. Beide dochters zijn jong gestorven. Er volgde ook nog een zoon Pieter, geboren op 3-4-1827 in Charlois. Willem van der Poel deed weer aangifte, verklarend dat hij voornemens is zich in den echt te begeven met de moeder, Klaartje Opmeer (35). Inmiddels hadden zij samen 4 kinderen gekregen in 4 jaar tijd, maar waren zij nog steeds niet getrouwd. Mogelijk was Pieter Stolk verdwenen en hadden zij een verklaring van zijn overlijden nodig om te kunnen trouwen.

Aangfite van Willem van der Poel
Willem van der Poel deed aangifte van de geboorte van een buitenechtelijke dochter.

6 november 2020

Wie zijn de ouders van Huig Gerritsz van der Linde en zijn vrouw Beatris?

Huig Gerritsz. van der Linden - of Lindt - en zijn vrouw Beatrix (“Beata”) Ariensdr. trouwden op 8 mei 1678 in Dubbeldam. Het 17e-eeuwse trouwboek van Dubbeldam is erg summier en daarom is het onbekend waar vandaan zij afkomstig waren. Beatrix en Huig lieten in Dubbeldam in de periode 1682-93 vijf dochters dopen met de namen Maeijcke, Neeltie, Cornelia, Ariaentje en Geertje, maar daarbij zijn géén doopgetuigen vermeld.

De familienaam van Beatrix is mogelijk Oorthoeck of Oosthoek. Gezien de periode waarin haar kinderen zijn gedoopt, kan Beatrix zelf in de periode 1650-60 zijn geboren. De diakonie van Dubbeldam heeft in 1702 "betaalt aan de wees-kinderen van Huijg Geerts van der Linden bij ‘t afsterven van haar moeder tot brood, booter, kaas etc., f 1:8:0". Toen was Beatrix dus al overleden.

Van Huig Gerritz. van der Linden heb ik gevonden dat hij een oom was van Johannes  (“Jan”) Jacobze Kockeel:

Dordrecht, Sondach den 29e Septemb. 1697:
 - Johannes Jacobze Kockeel, j.m. wonende ontrent de Nieuwe Kerck, geassisteert met Huuigh Gerritze van der Linde, desselfs oom, met
 - Cornelia Lammert Lammertse, j.d. wonende inden Augustijne Camp, beijde van Dordregt, geassisteert met Beatrix Dircks, haer goede bekende.
Den 13e october hier getrouwt.

Bovengenoemde Neeltie Lammers, huisvr. van Jan Jacobse Kockeel, was als muij - (oud)tante - op 24-12-1719 in Dordrecht weer getuige bij het huwelijk van ene Willem van Aaken.
De familie Kockeel lijkt van elders te zijn gekomen, want de vroegste familieleden met die naam in Dordrecht zijn - naast Jan - Gerrit Jacobze Kockeel en Cornelis Kockeel, die een zoon Jacobus liet dopen. De verwantschap met die familie blijft dus onduidelijk.

Huig zou een zoon kunnen zijn van Gerrit Gerrits, jonghman van Dubbeldam, en Marijken Huijgen, jonghe dochter van Rijswijk, beijde woonende te Rijswijck. Zij gingen op 9-4-1645 in Dubbeldam in otr. met att. om te trouwen in Rijswijk. Het is mij niet duidelijk of dit Rijswijk in Zuid-Holland of Noord-Brabant betreft.
Er woonde wel een Gerrit Gerritsz. van der Linden in Dubbeldam, want in 1675 deed de diakonie aldaar de volgende uitgave: "3 Maert. Betaelt aen Gerrit Gerritsen van der Linde voor het eerste half jaer mondtkost en cleedinge van Heijltie Jans, verschenen den 20 september 1674, f 13:0:0".